-
1 congé
congé [kõzĵee]〈m.〉2 ontslag♦voorbeelden:congé de maladie • ziekteverlofcongé de maternité • zwangerschapsverlofcongé parental • ouderschapsverlofcongés payés • doorbetaalde vakantieprendre un congé • verlof nemen, vrije dagen opnemenen congé • met verlofprendre son congé • ontslag nemenprendre congé de qn. • afscheid van iemand nemenm1) verlof, (korte) vakantie2) ontslag4) vervoerbiljet, zeebrief -
2 démissionner
démissionner [deemiesjonnee]〈 werkwoord〉1 aftreden ⇒ zijn ontslag aanbieden, indienen, zijn ambt neerleggenv2) het opgeven -
3 tablier
tablier [taablie.ee]〈m.〉1 schort ⇒ voorschoot, schootsvel♦voorbeelden:m1) schort2) haardscherm3) dashboard [auto]4) brugdek -
4 démettre
démettre [deemetr]♦voorbeelden:♦voorbeelden: -
5 prendre son congé
prendre son congé -
6 rendre son tablier
rendre son tablier -
7 envoyer
envoyer [ãvwaajee]2 gooien ⇒ werpen, schoppen, slaan, kaatsen♦voorbeelden:envoyer chercher • laten halen¶ 〈 informeel〉 envoyer dinguer, paître, promener, valser qn. • iemand afpoeieren, met een kluitje in het riet sturenil ne le lui a pas envoyé dire • hij heeft er geen doekjes om gewondenenvoyer promener qc. • iets laten schieten♦voorbeelden:→ air1. v1) verzenden2) gooien2. s'envoyerv -
8 mise
mise [miez]〈v.〉1 〈wordt in 't Nederlands weergegeven op een manier die een handeling aangeeft die betrekking heeft op het erop volgende zelfstandig naamwoord en wordt meestal vertaald door ‘het + onbepaalde wijs’ of door ‘-ing’, bijv. het pensioneren of pensionering〉♦voorbeelden:mise à l'eau • tewaterlatingmise à exécution • uitvoeringmise à jour • (het) bijwerken〈 elektriciteit〉 mise à la masse • (het) aarden, aardingmise à prix • 〈 bij veiling〉 inzet; 〈 ook〉 geldelijke beloning uitgeloofd voor het vinden van een schuldigemise à la retraite • pensioneringmise à sac • plunderingmise au pas • (het) tot de orde roepenavoir une mise au point • de zaak met elkaar uitsprekenmise aux enchères • (het) veilen, veilingmise en accusation • (het) in staat van beschuldiging stellenmise en bouteilles • (het) bottelenmise en demeure • ingebrekestellingmise en état • (het) herstellenmise en garde • waarschuwingmise en liberté • invrijheidstellingmise en ondes • radiobewerking〈 boekwezen〉 mise en pages • opmaak, lay-outmise en place • 〈 van machine, toestel, inrichting〉plaatsing, opstelling, (het) aanbrengen; 〈 van politie, militairen〉 opstelling; 〈 van commissie〉 aanstellingfaire une mise en plis • watergolvenmise en pratique • (het) in praktijk brengenmise en route • (het) starten, (het) op gang brengenmise en scène • regie, ensceneringmise en sécurité, en sûreté • (het) in veiligheid brengenmise en service • (het) in dienst stellenmise en vente • (het) in de handel brengenmise en vigueur • (het) van kracht wordenmise hors combat • (het) uitschakelenmise hors service • (het) buiten dienst stellensauver la mise à qn. • iemand uit de brand helpenêtre de mise • van toepassing zijnne pas être de mise • niet gepast zijn————————
Перевод: с французского на нидерландский
с нидерландского на французский- С нидерландского на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский